De tempels van Bagan
Blijf op de hoogte en volg akke
15 Maart 2016 | Myanmar, Pagan
Tussen 2 tempels staat een stoel. Ik ga zitten.
Ik denk aan een kerkhof uit een lang vervlogen tijd. Duiven vliegen rond.
Gister liep ik hier en waren er honden. Ze gedroegen zich als eigenaars van de grond. Ze blaften fel naar mij en ik droop af (met de staart tussen de benen).
Vandaag zijn er duiven.
Het is stil. Er zijn geen mensen. Het woord 'magisch' zweeft over het veld.
Ik waan me in een sprookje. Het bizarre landschap met smalle zandpaadjes. Het ruige gewas, stekelige zaadjes plakken aan mijn broek. Lage bomen die zich wijd vertakken. En overal zijn tempels.
Op stenen platen staan verhalen in een handschrift die ik niet ken.
Een verlaten houten stoel.
Ik begrijp het niet.
De eerste dag huurde ik een fiets om op mijn gemak en in mijn tempo te gaan waarheen ik wil. Al snel blijkt het een fiets met trapverzwaring. Er zijn nauwelijks zichtbare stijgingen, maar ik fiets met zweet en moeite. Soms stap ik af en loop. De hitte maakt de tocht tot een heuse work out. Ik denk aan de spinningfiets in het fitnesscentrum. Op de zwaarste stand kom je daar ook niet vooruit ;) en aan het einde van het uurtje ben je worn out. Hier is het reality in een fabelachtige omgeving.
Over een uitgestrekt gebied zijn overal tempels. Er zijn een paar dorpen, maar in de tempelgebieden wonen de tempelgoden. Ik beklim tempels, kijk, zit en staar.
Ik bezoek het Bagan Archaelogical Museum. Dwaal door de zalen, zie oude dingen en heel veel oude boeddha's. Er is een dikke boeddha die 'the fat belly boeddha' genoemd wordt. Ik denk aan de boeddha beeldjes, bijna standaard met dikke buik, hier is het een uitzondering. Ik lees verhalen over de mensen van Myanmar.
Uiteindelijk pak ik mijn fiets weer en rijd in de hitte van de middag naar mijn hotel. Totaal worn out val ik in het zwembad.
De volgende dag doe ik het anders. Ik huur een e-bike en die rijdt moeiteloos met mij over de wegen. De hoogtes en laagtes vallen niet op nu de bike het stuur overgenomen heeft. Ook de hitte gedraagt zich anders. Halverwege de tocht doe ik een drankje in een cafe langs de weg. Als ik mijn bike weer wil starten lukt dat niet. Ik haal er een man bij. Het lukt hem ook niet en hij haalt er nog een man bij. Maar de bike start niet. De mannen bellen de eigenaar. Hij komt er aan, zeggen ze. Een uur later is de man er. Op een e-bike, daar mag ik mee verder. De eigenaar gaat aan de slag met de starter.
De laatste avond wil ik de zon zien ondergaan over het tempelveld.
Om 6 uur ga ik zitten in de lege stoel. Er hangen lage wolken voor de zon. Het is een beetje mistig. Tussen de gaten in de wolken kleurt de zon de hemel. De mist onttrekt delen van de tempels aan het zicht. Een wazige damp versluiert de beelden. Het tempelveld wordt een magisch veld met flarden mist en delen van torens in een zanderig landschap. Het wordt er bewoont door goden, bewaakt door honden; duiven brengen er vrede.
Langzaam verdwijnt het licht.
De duisternis daalt neer.
Maandag 14 maart 2016
Bagan
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley