Ik ben alleen
Blijf op de hoogte en volg akke
01 Oktober 2014 | Portugal, Lissabon
De pelgrimsroute is 615.6 kilometer.
Ik kom niemand tegen. Nergens loopt een pelgrim. Nergens zie ik een local, een toerist of een mens.
De afgelopen dagen valt het me op dat ik steeds minder mensen zie.
Vandaag zie ik niemand.
Ik loop 's morgens om half 7. Ik wil naar Cernache. Dat is een eind lopen, daarom sta ik vroeg op en loop als het donker is. Het hostel is nog in slaap als ik vertrek. Ik loop over de brug, sla linksaf en volg de gele pijl het bos in.
Langzaam wordt het licht.
De route is mooi. Ik loop over smalle paadjes, langs stenen muurtjes die de velden omzomen. Er staan vijgebomen langs de route. Ik pluk de donkerpaarse vruchten. Lekker.
Een boom met appels. Cactusvruchten. Limoenen en sinaasappels. Als ik wil eet ik van het veld en vind alles wat nodig is.
Ik loop door een slaperig dorpje. De luiken van de huizen zijn gesloten. Er staan auto's, er staan geen mensen, er lopen ook geen mensen.
Vaag dringt het tot me door dat ik niemand zie. Geen mens.
Ik passeer een autoweg. Er rijden geen auto's.
Ik loop uren door het bos. Ik drink water uit een riviertje. Het smaakt naar bos en aarde.
Inmiddels wil ik een biertje.
Volgens de pelgrimsgids is in het volgende dorp een cafe. Ik heb langzamerhand zin in een stoel in een cafe en een biertje, maar de kilometers lijken uitgerekt en eindeloos. Ik loop en ik loop. De uren verstrijken en ik word moe.
Mijn rugzak wordt steeds zwaarder. Het lijkt of ik stenen en ballast meezeul op mijn weg.
Mijn Weg.
Ik loop langs huizen. Huizen met muren om de tuinen en toegangspoorten. Ik hoor honden. Ze blaffen. Het klinkt als wanhopig blaffen, scherp, fel en jankerig. Ik loop langs een huis met een ijzeren schuifdeur. Ik hoor bonzen en blaffen. Alsof een hond tegen de deur springt. Iedere x weer hoor ik het bonzen en blaffen.
Dan kom ik bij een oud en vervallen huisje en hoor gemauw. Ik mauw terug en daar springt een poesje. Een klein rood poesje. Ze komt naar me toe en ik aai haar. 'Ha poesje!' roep ik blij. De poes mauwt. Ze geeft kopjes tegen mijn been. Ik hurk en de poes kroelt tegen me. Ik doe mijn rugzak af, neem een slokje water en een mueslireep. Ik geef de poes een brokje. Ze likt en kauwt en slikt. Ik leg mijn hoofd op de rugzak. De poes kruipt tegen me aan. Ik val in slaap.
Na een uurtje word ik wakker. Ik moet verder, anders kom ik nooit op tijd in Cernache. De poes ligt op mijn buik. Ik beweeg mijn buik. De poes komt overeind en rekt zich uit op mijn buik. Als ik overeind kom, springt ze van me af en duwt haar kopje tegen mijn benen.
Ik loop.
Ik loop weer uren. De poes loopt mee.
Het lijkt of er geknoeid is met de kilometers. Ik loop uren over een paar kilometers. Uiteindelijk bereik ik een dorp. Het is een vervallen dorp. De huizen lijken verlaten. Sommige zijn ingestort. De tuinen zijn overwoekerd met allerlei gewas. Er staan roestige auto's. Ik zie een kinderfietsje. Een roze met wit kinderfietsje en kwastjes aan de handvatten. Het fietsje ligt op zijn kant. De spaken zijn roestig.
De kat mauwt. Ik loop en kijk.
Aan het einde van het dorp is een cafe. De deur van het cafe is open. Ik loop naar binnen. De poes volgt me. Ik wil bier of koffie. Er is niemand. Ik roep, maar hoor geen reactie. De tv staat aan. Als een stoorzender zenden stemmen onbegrijpelijke taal de ruimte in. Op een deur staat privado. Ik klop. Er gebeurt nix. Dan tap ik mezelf een biertje. De kat geef ik een koekje uit de vitrine. Ze schrokt.
Ik ben ontzettend moe.
Wat ik hier en nu zou willen is een lift. Een lift naar Cernache. Naar een hostel. Naar een bed. Liggen en slapen. Ik fantaseer over een lift. Samen met het biertje ga ik me te buiten aan fantasieën over een lift, een leuke chauffeur die me een lift biedt naar mijn hostel..
Het beeld is ontzettend verleidelijk.
Maar er is geen chauffeur en er is geen lift.
Ik neem nog een biertje.
Dan bedenk dat ik dat ik kan appen met de wereld.
Ik pak mijn mobiel en stuur een paar berichtjes.
'Geen verbinding', lees ik.
De poes lijkt zich thuis te voelen in het cafe. Ze ligt op een kussen op een van de stoelen. Ik neem nog een biertje en denk aan de film 'Die Wand': Een glazen muur tussen de wereld.. en ik..
Ik ben binnen de glazen muur.
Alleen.
Er is niemand.
-
01 Oktober 2014 - 21:10
Ab:
Hoi Akke,
Indrukwekkend mooi geschreven verhaal over de alleenzaamheid van het menselijk bestaan. Ik besef dat jouw reisverhaal een beeldspraak is van de weg die we allemaal lopen, met alles erop en eran. Inclusief het biertje. ;-)
En God ging met haar mee.
Hartelijke groet,
Ab -
02 Oktober 2014 - 19:43
Akke Kuipers:
bedankt Ad. Alleenzaamheid van het menselijk bestaan. Dat komt hier dichtbij. -
03 Oktober 2014 - 10:04
Renze:
hoi Akke,
mooi om je belevenissen (of non-belevenissen) te lezen...ik voel helemaal met je mee, een echt pilgrimage, alleen op de wereld, waar andere pelgrims kiezen voor luxe verplaatsingen hou jij vol in een bizarre uitgestorven wereld....mooi beschreven !
en ik leef me je mee !
sterkte daar en hopelijk dat je weer aansluiting vind horizontaal of verticaal...;)
hartelijke groet
Renze -
03 Oktober 2014 - 17:25
Akke Kuipers:
Renze: ik beleef het als een echte pelgrimage. volgens mij is het geen gemakkelijke weg. en dat kan doorgetrokken worden. X -
06 Oktober 2014 - 23:33
Hilde D:
mooi heel mooi weergegeven beklemmend bijna...je weg alleen lopen...zo voelt het soms he hunkeren naar leven en dan in slaap sukkelen. Voel met je mee!Hugg!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley